Hieronder vind je een samenvatting van de spelregels voor muurke klop.
Het spel zelf
Muurke klop kan op verschillende manieren gespeeld worden, maar de basis blijft wel hetzelfde.
Onderstaande regels behandelen een doorsnee spelletje muurke klop.
Doel van het spel
Als laatste in een groep spelers overblijven. Andere spelers worden uitgeschakeld indien ze er niet in slagen om de bal geldig (één maal op de grond en vervolgens tegen de muur) te kaatsen.
Een spel
Een spel begint met alle spelers en eindigt wanneer de voorlaatste uitgeschakeld is. Het spel gaat van start wanneer de eerste speler opslaat, en wordt telkens stilgelegd nadat een speler is uitgeschakeld, bij een geval van hinder of wanneer er een beslissing door de scheidsrechter genomen moet worden. Vervolgens wordt het weer opnieuw op gang gebracht door een opslag.
Een geldige opslag
Elk spel wordt gestart met een opslag. De speler aan opslag staat op zo'n 8 meter van de muur en mag zelf kiezen of hij/zij hard of zacht opslaat.
Er is echter géén tweede opslag. De volgende speler mag de opslag niet weigeren.
Een opslag is enkel geldig indien deze aan de volgende vereisten voldoet:
- De bal wordt met één hand omhoog gehouden en mag niet botsen alvorens de speler slaagt.
- De bal wordt slechts met één hand of onderarm geraakt (er mag dus niet met andere lichaamsdelen of meerdere handen tegelijk geslagen worden)
- De bal raakt vervolgens exact één maal de grond en vervolgens de (afgebakende) muur
Een geldige slag
Een slag is slechts geldig indien deze aan de volgende eisen voldoet:
- De bal botst terug van de muur en heeft minder dan 2 keer de grond geraakt
- De bal wordt slechts met één hand of onderarm geraakt (er mag dus niet met andere lichaamsdelen of meerdere handen tegelijk geslagen worden)
- De bal wordt niet geschept met de hand of pols (onder scheppen verstaan we elke handeling waarbij de speler langer dan een seconde contact met de bal behoudt)
- De bal raakt vervolgens exact één maal de grond en vervolgens de (afgebakende) muur
De volgorde
De volgorde wordt op één van de volgende manieren bepaald:
- Op basis van het voorbije spel: de omgekeerde volgorde waarin de spelers uitgeschakeld werden, dient als volgorde voor het volgende spel. De winnaar eerst, dan de 2de, 3de, ...
- Op basis van het behaalde punten in de voorbije ronde. Dit in geval van een toernooi waarbij al minstens één ronde gespeeld is. Bij gelijke stand wordt er gerangschikt op de voorbije poules, de geboortedatum, of wordt er getost.
- Willekeurig. Indien er geen enkele manier is om een volgorde te bepalen, gebeurt dit door middel van loten of onderlinge overeenkomst.
Spelhervattingen
Een spel kan hervat worden om verschillende redenen. Wie juist mag opslaan, is hiervan afhankelijk.
- Na een ongeldige slag: de speler nà de persoon die uit het spel ligt, komt aan opslag.
- Na hinder: de speler voor wie de hinder van toepassing was, komt aan opslag.
- Na een voltooid spel: de speler die het vorige spel gewonnen heeft, komt aan opslag.
Uitzondering op deze regel is het "finalespel", ook gekend als "3-strikes-out". In dit geval komt de speler die net een leven kwijt is aan de opslag.
De bal
Muurke klop zou in principe met elk soort bal gespeeld kunnen worden. Voor elk groot toernooi moet wel duidelijk bekend gemaakt worden met welk type bal er gespeeld zal worden. Voor het Belgisch Kampioenschap wordt er bijvoorbeeld gespeeld met Kipsta Sunny 300 ballen.
Het speelterrein
De muur
- Moet een hard en effen en niet te glad oppervlak zijn.
- Moet tussen 3,5 en 7 meter breed zijn (5 meter op het BK).
- Moet tussen 2,5 en 5 meter hoog zijn (3,75 meter op het BK).
De ondergrond
- Moet een egaal, verhard en niet te glad oppervlak zijn.
- Eventuele oneffenheden in het terrein mogen de te verwachten botsrichting van de bal zo min mogelijk beïnvloeden.
Het terrein
- Bevat een opslagvlak in het midden op +- 8 meter van de muur.
- Bevat een achterlijn op 3 meter van de effectieve achtergrens, voor terreinen dieper dan 10 meter.
- Moet minstens 10 meter diep zijn, om te voorkomen dat een bal voorbij de achterlijn zou geraken en de spelers voldoende ruimte te geven.
De achterlijn
Deze lijn wordt bepaald door de beschikbare diepte van het terrein. Een officieel terrein is minstens 15 meter diep. De achterlijn wordt op 3 meter van de achtergrens getrokken (op 12 meter van de muur dus). Deze lijn bepaalt de afstand waarbinnen een bal dient te botsen zonder dat de volgende speler hier hinder voor kan inroepen. Als de bal voorbij deze lijn botst, mag de speler proberen verder te spelen, op eigen risico weliswaar. Als zijn slag ongeldig blijkt, ligt hij of zij uit het spel.
De volledige regels kan je terugvinden op de officiële website van Muurke Klop.